Aantekeningen |
- Giselbert erft het volledige bezit van zijn vader en wordt als zoon van Reginar I vermeld in oorkonden van 919, 923 en 930. Voert ter vergroting van zijn macht een schommelpolitiek. Hij keert zich tegen Karel "de Eenvoudige", laat zich in 920 door aanhangers tot koning van Lotharingen kiezen, maar neemt zijn toevucht tot de Duitse koning Hendrik I, veinst zich met Karel te willen verzoenen, maar verraadt hem en neemt deel aan de opstand waardoor Robert I op 30 juni 922 Frans koning wordt. Als Robert I op15 juni 923 sneuvelt, dan weigert hij Raoul als opvolger te erkennen en wendt zich opnieuw tot Hendrik I, probeert (maar te laat) zich met Raoulte verzoenen en hem te erkennen waarop Hendrik I in 925 met een groot leger Lotharingen binnen valt en geheel inlijft.Hendrik I handhaaft Giselbert als hertog van Lotharingen en via een dynastiek huwelijk bindt hij hem.
Giselbert is ook leke-abt van Sankt Maximin van 925 t/m 934 en wordt in 928 rector van Sint-Servaas in Maastricht. Hij leidt op 7 augustus 936 als kamerheer de kroningsplechtigheid van Otto I te Aken.Hij kan het vechten niet laten en doet weldra mee aan het oproer tegen Otto I van diens broer. Hij verliest een slag bij Birten in maart 939 en een tijd lang wordt hij belegerd in Chevremont, roept dan de hulp in vande West Frankische koning Lodewijk IV en trekt dan de naderende Otto I tegemoet, maar wordt op 3 oktober 939 verslagen bij Andernach en verdrinkt in de Rijn als hij probeert te vluchten.
Ook bekend als:
"Gilbert", "Giselbert", "Gisebert", "Maasgau", "Duc de Lorraine", "von Lothringen", "Lorena", "Gislebert Count of Hainault", "de Lorraine", "Chalon", "Gilbert of /Chalons/", "Duq de Lorraine", "Gilbert /Lorraine/", "Giselbert Duke de Lorraine", "Dux de Lotharingia"
Beroep: Dux de Lotharingia (Duke of Lorraine), Comte de Maasgau, Abbé laïc, de Stavelot, de Trèves, Conde de Maasgau e Darnau, Count of Brabant, Count of Hainaut, Greve, COUNT OF DARNAU, Count, Comte de Hesbaye. Duc de lorraine 928., Duke, Duke of Lorraine
Graaf In de Maasgouw 915-939, en Hertog van Lotharingen.
Giselbert II van Maasgouw ook wel Giselbrecht (ca. 885 - Andernach, 2 oktober 939) was hertog van Lotharingen.
Opvolger van zijn vader
Giselbert erfde in 915 het grootste deel van de bezittingen en functies van zijn vader Reinier I van Henegouwen. Koning Karel de Eenvoudige weigerde echter om hem ook de functie van markgraaf van Lotharingen te geven, die zijn vader wel had gehad. De basis van Giselberts macht werd gevormd door zijn rol als lekenabt van een aantal grote abdijen: Sint-Servaas in Maastricht, de abdij van Echternach, de dubbelabdij Stavelot-Malmedy, de rijksabdij Sankt Maximin te Trier, de abdij van Saint-Ghislain, de abdij van Remiremont, en de abdij van Moyenmoutier. Giselbert gaf veel van deze bezittingen weg aan edelen en wist zo een groot aantal vazallen aan zich te binden. Giselbert werd (in 920) de eerste "princeps" van Lotharingen genoemd. In 918 kwam hij in conflict met Karel toen die hem de Sint-Servaas ontnam. In 922 steunde Giselbert dan ook de opstand van Robert van Parijs en vocht in 923 aan zijn kant in de slag bij Soissons. In 925 huldigde Giselbert Hendrik de Vogelaar als koning.
Hertog van Lotharingen
In 928 werd Giselbert benoemd tot hertog van Lotharingen en nog in 928 huwde hij Gerberga van Saksen, de dochter van Hendrik de Vogelaar. Hendrik dwong Giselbert in 931 zijn bondgenootschap met Herbert II van Vermandois op te geven. Als hertog behaalde Giselbert successen in de verdediging van Lotharingen tegen de Vikingen en Bourgondië.
Hendrik had zijn hertogen een grote mate van zelfstandigheid laten behouden. Na zijn dood (936) bleek diens zoon Otto I een politiek te voeren waardoor de hertogen veel meer een ondergeschikte rol zouden krijgen. Giselbert sloot zich daarom in 939 aan bij de opstand van Hendrik I van Beieren (de jongere broer van Otto) en Everhard III van Franken (zoon van de vroegere koning Koenraad I van Franken). Op 2 oktober 939 staken zij vanuit het oosten bij Andernach de Rijn over. De achterblijvers werden in de slag bij Andernach op de oostelijke oever verrast door een leger dat de lokale graven Udo van de Wetterau en Konrad Kurzbold op de been hadden gebracht. Giselbert verdronk toen hij al zwemmend over de Rijn wilde vluchten.
Volgens een kronikeur van zijn tijd was hij niet alleen dapper en vechtlustig maar ook altijd begerig naar andermans bezit en iemand die altijd dubbelzinnig sprak en altijd mensen tot twist en afgunst aanzette.
Familie en nakomelingen
Giselbert was de zoon van Reinier I van Henegouwen en Alberada. Vermoedelijk was hij in een eerste huwelijk getrouwd met ene Godila. Giselbert trouwde 928 met Gerberga van Saksen, dochter van Hendrik de Vogelaar en Mathilde van Ringelheim. Zij kregen de volgende kinderen:
Alberada (929 - 967), gehuwd met Ragenold van Roucy, een Vikingleider die later graaf van Roucy werd.
Hedwig (ca. 932 - ), vermoedelijk moeder van een verder onbekende graaf Guy. De naam van haar man is ook onbekend.
Hendrik (voor 934 - ca. 944), titulair hertog van Lotharingen,
Gerberga (ca. 935 - na 978), gehuwd met Albert I van Vermandois, de Vrome (? 987).
Overlijden
Oorzaak: verdronken in de Rijn
|